Fiche voor de toolkit

VOORAF

  • Benoemen van de algemene doelstelling van de fase

Tijdens deze fase kiezen we het uiteindelijke thema van de actie.

OPGELET:

  • Het is in feite bedriegelijk om van een keuzemoment te spreken, want soms is die keuze het resultaat van een proces van een week, waarbij de keuzealternatieven reeds worden afgetoetst aan criteria als realiseerbaarheid, de visie van de organisatie, de draagkracht van de groep én van de begeleider enz.
  • Betekent dit dat de keuze in feite fake is, of dat de participatie gefnuikt is? Ja en neen.
  • Ja, omdat het kan dat de jongeren niet meer de keuze hebben om gelijk wat te kiezen. Uitzonderlijk kan het zijn dat de organisatie een veto stelt omwille van tegenstrijdig met de visie. Zo kan het zijn dat een jeugdorganisatie bv. niet akkoord gaat met het voorstel van jongeren voor een hangplaats in het park waar ze hun joints kunnen roken.
  • Neen, omdat participatie en democratie nooit absoluut zijn, maar steeds een zeker compromis met de realiteit.Geen enkel parlement zal plannen stemmen die het budget te buiten gaan (alhoewel...). Bovendien is het jeugdhuisgebeuren steeds een samenwerking tussen het “instituut” jeugdhuis, en de jongeren zelf. In dit geval heb je in feite een situatie waarbij er uiteindelijk twee beslissende organen zijn: de jongerengroep voor wat zij belangrijk vinden, en de Raad van Bestuur of coördinator voor wat het jeugdhuis belangrijk vindt. Die twee hebben niet noodzakelijk volledig samenlopende belangen. Dit hoeft op zich geen probleem te zijn, zolang dit maar openlijk wordt gecommuniceerd. Vermijd schijndemocratie: doen alsof ze nog alles mogen kiezen, terwijl dat niet het geval is. Op die manier is dit meteen een leerproces van samenwerking tussen groepen en organisaties die niet volledig gelijke belangen hebben, maar die wel voor bepaalde projecten en acties samen kunnen werken.

Overzicht van de stappen van de sessie:

    • Inleiding: 5min
    • Discussie over de criteria: 15min
    • Stemming: 5min

Praktische voorbereiding

    • Tijd: 25min (dit kan zeker langer duren, naar gelang er al min of meer denkwerk aan vooraf is gegaan)
    • Locatie: lokaal met bord
    • Materiaal: bord
    • Lees uw tijdens fiche
    • Schat jouw groep in, en pas de methodiek aan indien nodig:
      • Afhankelijk van hoe lang jouw groep in staat is om een diepgaande discussie te volgen, kun je discussie stimuleren rond de criteria die belangrijk zijn om de thema's te beoordelen.
      • Sommige groepen gaan al vrij snel naar een consensus, omdat ze discussiëren rap moe zijn, of omdat ze het belangrijker vinden snel vooruit te gaan dan tot in alle details dingen af te wegen of zelfs hun eigen mening door te drijven. Afhankelijk van jouw doelstellingen, kun je de groep wat meer uitdagen op dat gebied, verhinderen van te snel naar een consensus te gaan, door dingen in vraag te stellen (het doel is hier niet de keuze te veranderen, maar hen een beetje uit evenwicht te halen, evidenties in vraag te stellen).
      • Sommige groepen hebben juist grote discussies maar kunnen die niet meteen aan (omdat ze lange discussies niet aankunnen die nodig zijn om eruit te geraken, of niet de inleefcapaciteit en compromisbereidheid hebben om op bepaalde momenten toegevingen te doen. Soms kan het in dat geval nodig zijn om de discussie te relativeren:
        • We kiezen hier niet HET thema voor altijd. We kiezen één thema waar we nu actie rond gaan doen. Nadien kunnen andere thema's volgen.
        • Probeer ook nadruk op het proces te leggen: we leren hier. Het thema is een beetje een “excuus”, we kunnen evengoed leren, welk thema we kiezen.
        • Leg ook het verschil uit tussen “tegen iets zijn”, en “voor iets anders zijn”. Voor een compromis is dat soms belangrijk om dat onderscheid te maken.
        • Doe beroep op solidariteit, soms moet je ook leren je in te zetten voor iets dat jou niet direct aanbelangt.
        • Leg uit dat we iedereen nodig hebben. Na de keuze is het belangrijk om expliciet de medewerking van de “verliezers” te vragen. “Ok, misschien is jullie thema niet gekozen, maar we hebben wel iedereen nodig om dit te doen slagen”.

LASTIGE VRAGEN DIE JE JE MOET STELLEN

    • Veiligheid
    • Elke idee is goed

TIPS

TIJDENS

Hier wordt het verloop van de sessie heel concreet uitgeschreven

  • Overzicht van de stappen van de sessie:
    • Inleiding: 5min
    • Discussie over de criteria: 15min
    • Stemming: 5min

CONCREET VERLOOP (in één doorlopend stuk):

Inleiding: 5min

“Vorige keer hebben we een eerste keer gestemd, en kwamen er duidelijk 2 thema's uit naar voor. Ik heb ze voorgelegd aan de coördinatrice, en die vond alletwee de thema's in elk geval wel ok, dus dat zit goed. Vandaag gaan we proberen de knoop door te hakken.”

Discussie over de criteria: 15min

“We hebben het er de vorige keer al over gehad, en de voorbije week ben ik er soms op teruggekomen als er toevallig iemand van jullie passeerde. Eerst en vooral, de twee thema's halen bijna alletwee evenveel punten. Jullie vinden die ongeveer even belangrijk, dus we hebben echt wel de keuze. En het belangrijkste argument dat vorige keer werd aangehaald, is dat van het realisme op korte termijn. Het sportcomplex is inderdaad niet iets dat er op korte termijn zal komen. Let wel: dat moet ons niet verhinderen om dat te kiezen. We kunnen altijd een actie voeren die signaleert dat de jongeren in de wijk dat willen, zo'n complex. Wat denken jullie daarover, hoe belangrijk is dat realisme, of de korte termijnresultaat voor jullie? Wie wil daarover iets kwijt?”

  • GEEF DEGENEN HET WOORD DIE HET VRAGEN.
  • SPEEL EEN ZACHTE ADVOCAAT VAN DE DUIVEL: ALS ZE IETS BEWEREN, STEL DAT DAN IN VRAAG: “Hoe, zou dat echt niet kunnen?” of “Is dat zo? Denkt iedereen daar zo over?” enz.
  • NADAT JE IEDEREEN AAN HET WOORD HEBT GELATEN, MAAK JE EEN SYNTHESE VAN DE BELAGRIJKSTE ARGUMENTEN,
  • KEUZE:
    • Ofwel heb je te maken met een duidelijke convergentie van de groep. Aarzel dan niet om te synthetiseren “Ok, ik denk dat de meerderheid van de groep eerder X verkiest. Moeten we daar nog over stemmen?”
    • Ofwel heb je echt te maken met een minder uitgesproken situatie. Dan zal er echt overgegaan moeten worden tot stemming.
  • Stemming: 5min
    • “Ok, ik denk dat we niet echt tot een consensus gaan komen. Dan zullen we moeten doorhakken door te stemmen. De meerderheid beslist, zo gaat dat. Ik zou graag iedereen willen vragen van fair en solidair te zijn: als jouw mening de meerderheid haalt, zou je natuurlijk graag hebben dat ook de minderheid meehelpt om die beslissing samen uit te voeren. We zullen trouwens iedereen hard nodig hebben! Maar dat wil ook zeggen: als jouw mening het niet haalt, wees dan solidair, en zet je in net zoals je dat voor jouw eigen mening zou hebben gedaan.”
    • “Iedereen krijgt een blad, waar hij zijn keuze moet opschrijven. Je mag maar één van de 2 onderwerpen kiezen, en je moet kiezen, ok? Iedereen kiest voor zichzelf. Als je gedaan hebt met stemmen, plooi je je blaadje en steek je het in de de doos. Daarna tellen we de stemmen.”
    • GEEF AAN IEDEREEN EEN BLAD EN BIC.
    • GEEF IEDEREEN DE TIJD OM ZIJN KEUZE TE MAKEN.
    • TEL DAARNA DE STEMMEN.
    • MAAK HET RESULTAAT BEKEND:
    • “Ok, het is zover, we hebben gekozen. Het is X geworden, met Y van de stemmen.”
    • “Ik ben tevreden, we hebben nu een thema, en volgende keer gaan we daar proberen wat meer te weten over komen. We gaan zien wat we al weten over het probleem, en wat we nog te weten moeten komen om actie te kunnen voeren. Afspraak ....”
    • MAAK EEN AFSPRAAK VOOR HET LEER-MEERMOMENT

    ERNA

    4 categoriën van evaluatie:

    • Doelstelling
    • Groepsdynamica
    • Methodieken
    • Begeleiding

    Doelstelling: is de doelstelling bereikt ja of nee?

    • Groepsinteractie: typevragen

    - Nam iedereen deel? (dominantie versus zwijgen)
    - Was er voldoende veiligheid in de groep? (conflict, groepsdruk, spanning, lachen met..., durven blootstellen aan...)

    Methode:

    waren de methodes gevarieerd genoeg (creatief, sportief, intellectueel, emotioneel,...), genoeg veraitie in luisteren – spreken?, genoeg rekening gehouen met de noden, interesses, parallel gewerkt ?

    Begeleiding

    Vragen die je jezelf als begeleider dient te stellen
    - Aandachtspanne: duurde de sessie niet te lang?
    -Heb ik niet teveel gestuurd? Heb ik genoeg ruimte gelaten aan de groep?
    -...